BMW heeft het contract met VDL Nedcar om ook na 2023 BMW’s en Mini’s te bouwen in het Limburgse Born opgezegd. De toekomst van de enige autofabriek in Nederland is daardoor weer onzeker geworden, omdat nog onduidelijk is wat BMW na 2022 met de productie van de Mini’s in Born gaat doen, een ander merk van het Duitse autoconcern.
In Born zakte de productie afgelopen jaar naar ruim 174.000 auto’s tegen 211.660 in het piekjaar 2018. Volgens het Financieel Dagblad zakte de omzet daardoor met 15%. De eerste drie maanden van 2020 viel de omzet zelfs met 30% terug ten opzichte van een jaar eerder, vooral omdat de fabriek in de tweede helft van maart niets meer produceerde.
BMW heeft het bericht inmiddels bevestigd maar houdt wel een slag om de arm over mogelijke andere modellen. De beursgenoteerde VDL Groep, het moederbedrijf van Nedcar, heeft nog geen informatie over de laatste ontwikkelingen naar buiten gebracht. BMW blijft mogelijk wel aan boord als klant voor de Mini’s Countryman en Cabrio.
VDL moet nu hopen op een vervolgcontract voor de productie van Mini’s, of nieuwe partners aantrekken. Op dat laatste bereidde VDL Nedcar zich volgens het FD voor door te werken aan uitbreiding van het fabrieksterrein met een nieuwe productiehal. De gronden zijn al aangekocht. Maar of die groei er straks nog komt, is onduidelijk. De crisis in de auto-industrie is groot. De verkoop van nieuwe auto’s is de afgelopen maanden ingestort.
BMW is al sinds medio 2014 de enige klant van de Nederlandse autofabriek waar zo’n 5.000 mensen werken. Voor die tijd werden in Born ook auto’s voor Mitsubishi gefabriceerd. VDL Nedcar is dan ook al langer op zoek naar en in gesprek met automerken die een of meer van hun modellen in Born willen laten produceren, zodat het bedrijf minder afhankelijk wordt van BMW. VDL Nedcar draait op dit moment volledig op opdrachten van BMW. Ook de MINI-modellen die in Born worden gemaakt worden immers geproduceerd in opdracht van BMW.
Lees ook: VDL Groep verloor busorder aan Chinees staatssteun bedrijf
