De afname van het aantal auto's met 3 procent wijst op een bescheiden impact, maar het roept ook vragen op over de meest effectieve methoden om verkeersstromen te beheren en stedelijke leefbaarheid te verbeteren.
Tijdens een poging om het verkeer in de Amsterdamse binnenstad te verminderen, voerde de gemeente Amsterdam afgelopen zomer een experimentele ‘knip’ uit in de Weesperstraat. Deze tijdelijke afsluiting, die zes weken duurde, had als doel om de verkeersstroom in het hart van de stad te onderzoeken en om alternatieve routes en vervoerswijzen te stimuleren.
Uit de recent gepubliceerde evaluatie blijkt dat het aantal auto’s in de gehele stad met slechts 3 procent is afgenomen. Dit resultaat roept vragen op over de effectiviteit van dergelijke ingrijpende maatregelen.
"We hebben veel geleerd van de proef op de Weesperstraat. Over verkeer, luchtkwaliteit, geluidsoverlast, beleving in de buurt en effecten op verschillende doelgroepen. En dat we de stad nog meer moeten betrekken bij dit soort maatregelen."
Tijdens de proef reden er 18 procent minder auto’s in het gebied. Ook in de rest van Amsterdam werd het rustiger; er waren 11.000 auto’s minder dan normaal (3 procent). De doorstroming in de stad verbeterde met 2 procent. De afsluitingen hebben vooral gezorgd voor een afname van het verkeer dat geen bestemming had in het gebied van de proef. En dat was ook precies de bedoeling.
verstoringen
De ‘knip’ in de Weesperstraat en de omliggende wegen veroorzaakte aanzienlijke verstoringen, vooral voor de taxibranche en hulpdiensten, maar ook voor de lokale bewoners en ondernemers die klaagden over slechte bereikbaarheid. Ondanks de doelstelling om de verkeersveiligheid te verbeteren en de stad leefbaarder te maken, bleef het aantal verkeersongevallen gelijk.
Nu een harde knip definitief geen vervolg krijgt, is de vraag hoe een ‘zachtere knip’ er dan uit moet zien.
Wethouder Melanie van der Horst, die het verkeersbeleid in de stad onder haar hoede heeft, erkende dat de pilotperiode voor nood- en hulpdiensten uitdagend was. De rijtijden naar en door het pilotgebied waren langer, met ambulanceritten die gemiddeld 15 seconden langer duurden en brandweerritten 35 seconden. Het systeem dat hulpdiensten via speciale ’transponders’ door slagbomen liet, functioneerde bovendien niet altijd naar behoren.
Ondanks de kritiek en de gemengde resultaten van de proef, besloot de gemeente, onder leiding van Van der Horst, de proef niet voortijdig te beëindigen. De wethouder concludeerde uiteindelijk dat een permanente ‘harde knip’ op de Weesperstraat geen wenselijke oplossing is voor de verkeersproblematiek in Amsterdam. De evaluatie benadrukte ook het belang van betere communicatie en overleg met bewoners en andere stakeholders bij toekomstige verkeersingrepen.
