Print Friendly, PDF & Email
[responsivevoice_button voice="Dutch Female" buttontext="lees voor"]

Toon Zijlstra van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) geeft zijn visie in de publicatie Visie op Mobiliteit. Mobiliteit is een veelomvattend onderwerp, niet eenvoudig te overzien of te voorspellen. Om aan de juiste oplossingen te werken is het belangrijk om te begrijpen hoe mobiliteit zich zal ontwikkelen richting 2050. Om die reden besloot INFO om elf experts van marktpartijen, de overheid en academici te vragen naar hun visie op toekomstige mobiliteit. Vandaag werd de publicatie van dit rapport aan de pers voorgesteld.

Op weg naar 2050, over de toekomstige mobiliteit. Het KiM is een onafhankelijk wetenschappelijk instituut binnen het Ministerie van infrastructuur en Waterstaat. Zij doen onderzoek en geven inzichten aan dit ministerie op het gebied van vervoer en verkeer. Toon Zijlstra is wetenschappelijk onderzoeker en houd zich vooral bezig met prognoses en vragenlijsten.

Zijlstra vindt hij dat we in Nederland heel trots kunnen zijn op wat we hebben. Ook zegt hij dat reizen steeds makkelijker, goedkoper en comfortabeler wordt. Volgens hem is reizen onder jongeren een soort statusding geworden. Jongeren gaan tegenwoordig liever surfen in Bali waar ze vroeger gingen kamperen in de Ardennen. Hij zegt dat de drukte in het verkeer, op de luchthavens en in de trein zorgt voor klimaatproblemen en claims op fossiele brandstoffen, kwetsbaarheid voor verstoringen en verkeersslachtoffers. Dit is volgens hem allemaal te wijden aan de moderne (mobiele) samenleving. Deze hypermobiele samenleving maakt volgens Zijlstra de verspreiding van ziektes als corona mogelijk. De coronacrisis zorgt er wel voor dat thuiswerken makkelijker is dan mensen hadden gedacht.

Lees ook  Groen licht voor deelsteps: Antwerpen nodigt aanbieders uit

babyboomers

Ook denkt Zijlstra dat de volgende fase van mobiliteit de komende vijf jaar wordt aangevoerd door de babyboomers. Deze groep mensen zullen de komende jaren een hoge leeftijd bereiken, waardoor velen geen auto meer mogen of kunnen rijden. Hij is benieuwd wat dit gaat betekenen voor onze verkeers- en vervoerssystemen. Deze groep mensen zal hun activiteiten te voet gaan doen, waardoor voetgangers een centrale rol in visies en plannen van de overheden zullen krijgen. Hij denkt dat klimaat bovenaan de agenda komt, dus het terugdringen van de uitstoot en klimaatadaptie. Dit door bijvoorbeeld het gebruik van elektrische voertuigen en het digitaliseren van reisinformatie en mobiliteitsdiensten.  

Op de vraag hoe hij denkt dat de mobiliteit er over 30 jaar uit al zien antwoord hij, ik denk dat er een scherpere tweedeling zal ontstaan tussen de ik wil het nu- mensen en de ik kan ervoor betalen- mensen en de vaste werkplek/werktijd- mensen. Deze ad hoc- mobiliteit is volgens hem een luxe die niet iedereen zich zal kunnen veroorloven. Ook verwacht hij meer aandacht voor reistijdverrijking, reistijd is niet noodzakelijke verspilling. Verder denkt hij dat alle vervoersystemen in 2050 elektrisch zullen zijn, de grovere vervoersystemen zoals vrachtwagens en vliegtuigen zullen nog een uitdaging zijn. Hij vindt het lastig om alles te overzien, want mobiliteit is volgens hem compleet verweven met de samenleving, milieu, economie en technologie. De meeste toekomstbeelden zeggen vooral iets over het heden; over die dingen die ons nu bezig houden’, aldus Toon Zijlstra.

“We moeten richting meer sociaal-maatschappelijke oplossingen en een herstructurering van de economie en de logica die daarachter zit. We hebben onszelf, onze levensstijl, de economie en de samenleving helemaal aangepast aan instant mobiliteit. Voor een transitie is dus meer nodig dan het vervangen van een verbrandingsmotor door een elektromotor,” concludeert hij.

Lees ook: Schiphol neemt eindelijk de Aalsmeerbaan weer in gebruik

Lees ook  Zelfrijdende auto's: een revolutie met een duur prijskaartje
Toon Zijlstra - KiM