Peeters reageerde ook op de kritiek door te stellen dat het onlogisch is om nu kritiek te uiten terwijl de plannen eerder goedgekeurd zijn.
De Vlaamse minister van Mobiliteit Lydia Peeters, van de Open VLD, bevindt zich in het centrum van een intense discussie over haar vervoersplannen. Deze discussie betreft voornamelijk de aanpak van problemen binnen De Lijn, de grootste vervoersmaatschappij in Vlaanderen. Peeters wordt bekritiseerd voor het niet erkennen van de problematiek en het onttrekken aan haar verantwoordelijkheid. In haar recente uitspraken lijkt ze te suggereren dat De Lijn niet oplossingsgericht te werk gaat. Dit heeft geleid tot een scherpe repliek van de CEO van De Lijn, Ann Schoubs, die het beleid van Peeters hekelt en spreekt over een toegepaste ‘verrottingsstrategie’ in het verleden.
De kritiek concentreert zich rond de invoering van het concept basisbereikbaarheid. Dit beleid verlaat het principe van een bus- of tramhalte binnen een bepaalde afstand voor elke Vlaming en richt zich in plaats daarvan op het vastleggen van het aanbod op basis van de vraag. Hierdoor worden in de komende jaren veel trajecten van De Lijn aangepast.
Parlementsleden zoals Stijn Bex (Groen), Jos D’Haese (PVDA), Karin Brouwers (CD&V), en Wim Verheyden (Vlaams Belang) hebben Peeters gevraagd om te reageren op deze kritiek. Peeters reageerde fel, vooral op het feit dat Schoubs met haar kritiek naar de media stapte. Peeters noemde dit gedrag ongepast en niet in lijn met wat van een bedrijf als De Lijn verwacht mag worden.
De kritiek op het vervoersplan van Peeters kwam al snel na de implementatie. Het plan richtte zich op een efficiëntere busdienst, met snellere verbindingen over belangrijke verkeersassen, maar dit leidde tot zorgen over de toegankelijkheid voor ouderen en mensen met beperkte mobiliteit, en de bediening van plattelandsgebieden.
In een kranteninterview heeft Ann Schoubs, de topvrouw van De Lijn, zich beklaagd over de onder financiering van De Lijn. Peeters kaatste de bal terug door erop te wijzen dat De Lijn het beheerscontract met de Vlaamse regering zelf heeft goedgekeurd,.
De kritiek op het nieuwe vervoersplan van De Lijn en minister Lydia Peeters van Mobiliteit is veelzijdig en intens. Peeters heeft in het Vlaams Parlement kritiek op haar aanpak weggewuifd, met de bewering dat de hervormingsplannen van De Lijn goedgekeurd zijn door de vervoersregioraden en de lokale besturen. Dit argument werd echter niet goed ontvangen door sommige parlementsleden, vooral zij die ook lokaal actief zijn.
Hoewel de minister heeft gekozen voor een gefaseerde invoering, zijn niet alle alternatieve vervoersopties al gerealiseerd. Dit leidt tot zorgen over de beschikbaarheid van deelfietsen, deelauto’s, en maatwerk in busvervoer. Lydia Peeters verdedigt haar beleid door te stellen dat er meer nadruk zal liggen op gebieden met een hoge vraag, waarbij het aanbod zal worden uitgebreid en de frequentie van diensten verhoogd. Voor gebieden met minder vraag wil ze maatwerkoplossingen bieden om vervoersarmoede te voorkomen.
De Lijn staat aan de vooravond van de grootste hervorming in twee decennia. Deze hervorming is een uitdaging, mede door de complexe organisatie van het openbaar vervoer in een regio met een problematische ruimtelijke ordening. Het schrappen van bushaltes en -lijnen past binnen het decreet Basisbereikbaarheid, waarbij een vraaggestuurd model wordt gehanteerd.