Het GVB blijft tot 2036 verantwoordelijk voor het openbaar vervoer in Amsterdam.
De gemeente Amsterdam en vervoerder GVB hebben na intensieve onderhandelingen een nieuw contract bereikt waarmee het GVB het openbaar vervoer in de hoofdstad blijft verzorgen tot minstens 2036. Wethouder en GVB-directeur zaten wekenlang tegenover elkaar om de voorwaarden rond renovaties, frequenties en klimaatdoelen af te stemmen. In de gelederen van het GVB spreekt men van “zeer stevige” gesprekken, maar uiteindelijk kwam er een akkoord.
Wethouder Melanie van der Horst benadrukte dat “het niet vanzelf ging, we stonden regelmatig op scherp”, maar dat er “uiteindelijk veel overeenstemming” was over investeringen in nieuwe trams, bussen én duurzaamheid. Hij noemt het resultaat “een mijlpaal voor onze duurzame koers; we blijven inzetten op schone energie en verhogen de kwaliteit van het netwerk”. GVB-directeur Laura van Dijk voegt toe: “Het was wel nodig dat er strakke afspraken kwamen. Nu kunnen we planmatig investeren zonder terugkerende onzekerheid.” Beide partijen verzekeren dat reizigers de komende jaren weinig hinder zullen ondervinden: haltes blijven open en dienstregelingen vrijwel ongewijzigd.

De kern van het akkoord betreft niet alleen het behoud van lijnen, maar ook ambitieuze plannen voor groener vervoer. GVB investeert fors in elektrisch materieel: naar verwachting zullen tegen 2030 alle bussen 100 procent elektrisch zijn en streeft men ernaar de tramvloot te verduurzamen met energiezuinige accutechnologie. Ook komt er uitbreiding van de lightrailcircuits in Noord en Zuidoost, evenals het intensiveren van halte-upgrades in de stadsdelen Centrum en Oud-West.
Zuiderwijk noemt de gunning ‘de kers op het jubileumjaar’ van het 125-jarige GVB. "Voor reizigers vertrouwd, maar achter de schermen was de concessie allesbehalve vanzelfsprekend." schrijft Het Parool.
Dat het contract tot 2036 loopt, markeert een recordduur. Voorheen werden overeenkomsten gemiddeld voor acht tot twaalf jaar gesloten. Aanvullend voorziet de deal in jaarlijkse evaluaties, wat betekent dat bij grote onverwachte ontwikkelingen – zoals technologische doorbraken of budgetverschuivingen – er ruimte is om bij te sturen.