Het verzoek van de PVV-fractie om meer transparantie over de inzet en agenda's van minister en staatssecretaris omtrent Europese transportbijeenkomsten was onlangs het uitgangspunt van een recente discussie in de Tweede Kamer.
De leden merkten op dat er nog geen formele agenda was gepubliceerd voor de bijeenkomst van de EU-transportministers, die op 19 en 20 september plaatsvond. De minister Barry Madlener heeft echter aangegeven dat het Hongaars voorzitterschap op 5 september de geannoteerde agenda heeft gedeeld met de Kamer. Deze agenda richtte zich met name op het concurrentievermogen van de Europese Unie en behandelde belangrijke kwesties zoals connectiviteit met buurlanden en vergroening van de transportsector.
Een specifiek punt van aandacht was het Europese spoornetwerk, waarbij gesproken werd over het potentieel van digitalisering en de aanleg van een pan-Europese hogesnelheidslijn. De leden van de PVV-fractie uitten tevens hun zorgen over de Nederlandse spoorinfrastructuur. Zij vroegen de minister of er Europese financiële middelen beschikbaar zijn om in deze infrastructuur te investeren, met name via het TEN-T netwerk.
TEN-T
Dit netwerk is een Trans-Europees Transport Netwerk dat door de Connecting Europe Facility (CEF) gedeeltelijk wordt gefinancierd. Nederland heeft sinds 2014 meerdere infrastructuurprojecten succesvol medegefinancierd via CEF. De PVV vroeg verder naar de plannen van de regering om Europese fondsen naar Nederland te halen voor investeringen in de Nederlandse spoorinfrastructuur. De minister gaf aan dat een dergelijk voorstel in de tweede helft van 2025 verwacht kan worden.
De kwestie van compatibiliteit van het European Rail Traffic Management System (ERTMS) werd eveneens door de PVV-fractie naar voren gebracht. De leden benadrukten de risico’s die ontstaan door de implementatie van verschillende versies en baselines van het systeem door diverse lidstaten, wat de internationale spoorverbindingen zou kunnen belemmeren. De minister onderschreef deze zorgen en gaf aan dat het onderwerp tijdens de informele bijeenkomst van EU-transportministers aan de orde zou komen. Volgens de minister is de harmonisatie van ERTMS cruciaal om de digitalisering van het spoor in Europa succesvol te laten verlopen.
De Tweede Kamer blijft vragen stellen over de voortgang van Europese transportprojecten en de inzet van Nederland hierin. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat werkt actief aan verschillende initiatieven om de spoor- en transportsector te vergroenen en te moderniseren, terwijl het ook de belangen van de Nederlandse reizigers en het bedrijfsleven blijft behartigen.
De GroenLinks-PvdA-fractie richtte hun vragen voornamelijk op internationale treinverbindingen. Zij spraken hun waardering uit voor de inzet van de staatssecretaris om de verbindingen tussen Europese steden te verbeteren, maar vroegen ook naar concrete stappen die genomen worden om dit te bewerkstelligen. De minister gaf aan dat er plannen in ontwikkeling zijn voor grensoverschrijdende verbindingen, en dat vijf Nederlandse stations op het netwerk van Hogesnelheidslijnen (HSL) worden aangesloten. Daarnaast ondersteunt de Europese Commissie pilotprojecten voor nieuwe internationale treindiensten, en zet Nederland zich in voor een effectief vervolg hierop.
internationale treintickets
Een zorgpunt voor GroenLinks-PvdA was de boekbaarheid van internationale treintickets, met name naar landen zoals Italië, Spanje en Scandinavië. De fractie vraagt om de totstandkoming van één EU-breed ticketsysteem. De staatssecretaris gaf aan dat er verschillende initiatieven lopen op Europees niveau, waaronder een wetsvoorstel voor Multimodal Digital Mobility Services (MDMS), dat multimodaal reizen binnen Europa moet vergemakkelijken. De presentatie van dit voorstel is echter uitgesteld naar 2025.
De VVD-fractie vroeg op hun beurt naar de rol van Nederland bij de verbetering van de verbindingen met de Westelijke Balkanlanden, een prioriteit voor het Hongaars EU-voorzitterschap. Nederland is positief over de verlenging van het TEN-T netwerk naar derde landen, wat een bijdrage kan leveren aan handel en economische samenwerking met de nabuurlanden.
investeren
De fractieleden van de VVD spraken ook hun steun uit voor het blijven investeren in het TEN-T netwerk, maar merkten op dat er nog steeds aanzienlijke financiële uitdagingen zijn voor de implementatie van het netwerk, vooral op spoorgebied. Het ministerie werkt momenteel aan een implementatieplan voor de nieuwe TEN-T verordening, die sinds juli 2024 van kracht is.
Wat betreft het verbeteren van het internationale personenvervoer per spoor, ziet de VVD-ticketing als een absolute prioriteit. Het ministerie werkt nauw samen met andere lidstaten binnen het International Rail Platform om de reizigerservaring te verbeteren, onder meer door in te zetten op een uniform ticketsysteem.