De recente val van de Nederlandse regering Rutte-IV heeft een ongelukkige timing voor de reactivering van de spoorlijn Hamont-Weert. Precies op het moment dat er positieve signalen vanuit Nederland kwamen, dreigt het dossier opnieuw vast te lopen. Dit schrijft Timmie van Diepen in het Belang van Limburg.

Afgelopen vrijdag, slechts enkele uren voor de Nederlandse regering viel, kondigde staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat Vivianne Heijnen (CDA) in het Nederlandse parlement aan dat de nieuwe studie naar de reactivering van de spoorlijn Hamont-Weert was afgerond.

“Net nu er welwillendheid was uit Nederland, dreigt het dossier opnieuw vast te lopen”, aldus Van Diepen. De nieuwe studie kwam tot stand op persoonlijk initiatief van staatssecretaris Heijnen, die vanuit Maastricht het belang van de spoorlijn Hamont-Weert goed begrijpt. Dit dossier staat ook hoog op de agenda in Nederlands-Limburg.

De heropening van de spoorlijn lijkt vanuit rationeel oogpunt een logische stap. Het enige wat nog nodig is, is het installeren van bovenleidingen over een traject van 8 kilometer op Nederlands grondgebied. Zodra dit is voltooid, kunnen NMBS-treinen (die momenteel nog 30 minuten stilstaan in Hamont) doorrijden naar Weert, waar aansluitingen zijn met het hele Nederlandse spoornetwerk.

Hoewel dit dossier lange tijd hoog op de politieke agenda heeft gestaan, bleven de Nederlanders ondanks beloftes vertragen. Vooral de kosten, die door infrastructuurbeheerder ProRail zijn geraamd op 50 tot 150 miljoen euro, zouden niet in verhouding staan tot het geschatte aantal reizigers (1.050 per dag, volgens de NMBS).