Groei van de luchtvaart in Nederland mag alleen worden toegestaan als de uitstoot van stikstof afneemt, zoals dat ook in andere sectoren gebeurt. Dat stelt het Adviescollege Stikstofproblematiek, dat op verzoek van het kabinet vandaag een advies uitbrengt over de luchtvaartsector in relatie tot de stikstofproblematiek.

Het aanpakken van de stikstofproblematiek vereist dat iedere sector die stikstof uitstoot op een evenwichtige manier bijdraagt aan oplossingen. Dat schreef het Adviescollege Stikstofproblematiek in september 2019 onder leiding van voorzitter Johan Remkes in het eerste advies ‘Niet alles kan’. Minister Schouten heeft het Adviescollege in oktober vorig jaar verzocht om – in aanloop naar het eindrapport dat in mei 2020 verschijnt – vervroegd te komen met een advies over de luchtvaart.

Beeldvorming over de luchtvaartsector

De luchtvaartsector wordt gezien als een sector die een relevante bijdrage levert aan de stikstofproblematiek. Het Adviescollege kan zich dat beeld wel voorstellen, omdat de luchtvaartsector een grote bijdrage levert aan de emissies van CO2, fijnstof en geluidhinder. Het Adviescollege heeft uitgebreid onderzoek gedaan naar het aandeel van de luchtvaartsector in de uitstoot van stikstof. Uit dit onderzoek komt naar voren dat de bijdrage van de luchtvaartsector aan de uitstoot van stikstof beperkt is, maar wel hoger dan gerapporteerd. Dit betekent dat de beeldvorming over de luchtvaart als grote vervuiler voor stikstof niet in overeenstemming is met de werkelijkheid.

Stikstofuitstoot luchtvaartsector is beperkt, maar groter dan gerapporteerd

Voor de luchtvaartsector wordt een bijdrage aan de stikstofuitstoot gerapporteerd van 0,1%. Daarbij wordt uitsluitend gekeken naar de uitstoot door vliegbewegingen van en naar Nederlandse luchthavens, tot een hoogte van 3.000 voet. Het Adviescollege is echter van mening dat rekening gehouden moet worden met alle neerslag die vanuit de luchtvaart in Nederland terecht komt. En dus ook van uitstoot die afkomstig is van luchtvaart uit hogere luchtlagen (boven 3.000 voet), omdat boven deze grens veel stikstof afkomstig is van de luchtvaart. De bijdrage van de luchtvaartsector aan de stikstofneerslag in Nederland komt dan uit tussen de 0,7 en 1,1% van de totale uitstoot en komt overeen met 12 tot 19 mol N/ha/jaar.

De uitstoot boven 3.000 voet is lastig te relateren aan bronnen die verantwoordelijk zijn voor stikstofuitstoot. Gezien de verwachte autonome toename van het vliegverkeer, zal de depositie vanuit de atmosfeer boven 3.000 voet toenemen. Deze toename is niet direct door Nederland te beïnvloeden en zal in internationaal verband moeten worden besproken.

Luchtvaart is groeisector

De luchtvaart in Europa is de afgelopen decennia een groeisector geweest. Zo zijn de gerapporteerde emissies tussen 1990 en 2005 met 85% toegenomen en tussen 2005 en 2017 nogmaals met 25%. Door de afname in veel andere sectoren is het relatieve aandeel van de luchtvaartsector sinds 1990 verviervoudigd, ondanks dat de uitstoot per vliegbeweging is afgenomen. Dit betekent dat de toename van het vliegverkeer groter is dan de afname van de emissies.

Evenwichtige bijdrage van luchtvaartsector

Het Adviescollege acht het rechtvaardig ten opzichte van andere sectoren, dat ook de emissieruimte voor de luchtvaartsector omlaag gaat. De gewenste groei van Schiphol en het openstellen van Lelystad Airport zijn dan alleen mogelijk als de stikstofuitstoot van de luchtvaartsector als geheel afneemt. Daarom adviseert het Adviescollege de gevolgen voor de stikstofuitstoot volwaardig, volledig en integraal te beoordelen bij de besluitvorming over de gewenste groei van Schiphol en het openstellen van Lelystad Airport.

Mogelijke maatregelen

Vooral op en rond luchthavens ziet het Adviescollege kansen om de uitstoot te beperken. Bijvoorbeeld met elektrisch taxiën, vernieuwing van de vloot met efficiëntere en lichtere vliegtuigen, het verminderen van het aantal vluchten, het weren van vervuilende vliegtuigen met een bonus-/malussysteem en het stimuleren van glijvluchten om brandstofverbruik en geluidproductie te verminderen. Ook kan de uitstoot door vervoersbewegingen van en naar de luchthaven worden beperkt, zodat de uitstoot die samenhangt met het ontwikkelen van luchthavens vermindert. 

Als dit niet genoeg oplevert, dan moet de luchtvaartsector bijdragen aan de vermindering van uitstoot van andere sectoren alvorens ze zelf kan groeien. Hierbij gaat het om luchthaven-gerelateerde (economische) activiteiten van de luchthaven (als bedrijf), zoals het wegverkeer van en naar de luchthaven, zodat per saldo de emissies dalen.

Lees ook: Stikstofuitstoot vraagt om noodmaatregelen

KLM