Nederland profiteert van miljarden euro’s aan eu-subsidies voor infrastructuur.
De Europese Unie heeft vorig jaar aangekondigd dat zij 6,2 miljard euro investeert in duurzame, veilige en efficiënte vervoersinfrastructuur in verschillende lidstaten, waaronder Nederland. Deze investering komt voort uit het EU-financieringsprogramma Connecting Europe Facility (CEF), dat bedoeld is om vervoersverbindingen tussen EU-landen te verbeteren en de integratie van verschillende transportmiddelen te bevorderen. Nederland zal een aanzienlijk deel van deze fondsen ontvangen voor diverse transportprojecten, met een sterke nadruk op duurzaamheid en verkeersveiligheid.
Een van de meest opvallende projecten in Nederland is de uitbreiding en modernisering van de spoorweginfrastructuur rond Amsterdam Centraal Station. Dit project, dat 70.275.540,30 euro aan EU-steun ontvangt en gecoördineerd wordt door ProRail, moet leiden tot een aanzienlijke capaciteitsuitbreiding. Er worden onder andere nieuwe sporen aangelegd, perrons en trappen uitgebreid en passagierstunnels gemoderniseerd. Het doel is om de toenemende spoorverkeersstromen, inclusief internationaal goederenvervoer, efficiënter te beheren.
Daarnaast wordt er 9.045.338,00 euro geïnvesteerd in de opheffing van knelpunten op het grensoverschrijdende spoorwegtraject tussen Venlo en Kaldenkirchen. Dit project, gecoördineerd door de gemeente Venlo, richt zich op de verwijdering van een complexe spoorwegovergang bij ‘de Vierpaardjes’. Door een onderdoorgang voor wegverkeer te creëren, wordt de verkeersveiligheid verhoogd en het concurrentievermogen van het spoorvervoer verbeterd.
Ook de Energiehaven IJmond in Ijmuiden ontvangt aanzienlijke steun met een subsidie van 2.037.610,00 euro voor voorbereidende studies naar de aanleg van basishaveninfrastructuur voor de offshore-windindustrie. Dit project, gecoördineerd door Havenbedrijf Amsterdam N.V., is gericht op de ontwikkeling van infrastructuur die nodig is voor de groei van windmolenparken op zee, wat bijdraagt aan de duurzame energievoorziening van Nederland.
In Limburg wordt het project Rhombus UPSIDE II ondersteund met 37.395.885,00 euro. Dit project, gecoördineerd door de Provincie Limburg, richt zich op de opschaling van binnenhaveninfrastructuur in Stein, Roermond en Maastricht. Door de versterking van het binnenvaartsysteem tussen Nederland, België en Duitsland, wordt een ‘modal shift’ bevorderd van wegverkeer naar binnenvaart, wat bijdraagt aan regionale duurzame ontwikkeling.
Een ander belangrijk project is de modernisering van de grensoverschrijdende spoorwegverbinding tussen Gent en Terneuzen. Met een EU-steun van 3.367.083,00 euro, gecoördineerd door North Sea Port Netherlands N.V., wordt gewerkt aan juridische procedures en aanvullende studies die nodig zijn voor verdere ontwikkeling. Dit zal leiden tot een betere spoorwegverbinding tussen België en Nederland.
Naast transportprojecten ontvangt Nederland ook aanzienlijke EU-subsidies voor andere sectoren. In 2022 ontving Nederland bijvoorbeeld 2,9 miljard euro aan subsidies van de Europese Commissie. Hiervan ging het grootste deel, 38 procent, naar onderzoek en innovatie, vooral ten behoeve van universiteiten en hogescholen. Andere belangrijke ontvangers waren landbouw- en maritiem beleid (29 procent) en investeringen in mensen, sociale cohesie en waarden (9 procent).
De Europese Unie geeft in totaal het meest uit aan landbouw- en maritiem beleid en regionale ontwikkeling en cohesie. Deze uitgaven zijn bedoeld om economische en sociale ongelijkheden tussen regio’s te verminderen en de veiligheid te verbeteren. Nederland ontvangt relatief weinig voor regionale ontwikkeling en cohesie, terwijl landen als Polen hier een groot deel van hun EU-subsidies voor krijgen.
Interessant is dat Nederland, samen met Duitsland, per inwoner het minst aan EU-subsidies ontvangt. In 2022 kreeg Nederland ongeveer 200 euro per inwoner, terwijl Luxemburg, België en de Baltische staten aanzienlijk meer ontvingen. Dit verschil is deels te verklaren door de focus van de subsidies; Luxemburg krijgt bijvoorbeeld relatief veel voor onderzoek en innovatie en voor de financiering van Europese instellingen die in dat land gevestigd zijn.
Ondanks de aanzienlijke subsidies blijft Nederland een nettobetaler aan de Europese Unie. In 2022 droeg Nederland per inwoner ongeveer 557 euro af aan de EU, wat 357 euro meer is dan het bedrag dat het land terugkreeg. Dit geldt echter niet alleen voor Nederland; ook Duitsland, Ierland en Zweden zijn nettobetalers. Het betekent echter niet dat deze landen niet profiteren van de EU-lidmaatschap, aangezien de voordelen vaak indirect en op lange termijn merkbaar zijn.