De jaarlijkse vaststelling van de NEA-index, die de kostenontwikkelingen in het zorg- en taxivervoer weergeeft, laat voor 2026 een gemiddelde stijging van 4,1 procent zien.
Onderzoeksbureau Panteia heeft in opdracht van het Sociaal Fonds Mobiliteit (SFM) de cijfers voor 2025 en de raming voor 2026 geanalyseerd. De NEA-index is een belangrijk instrument voor zowel opdrachtgevers als vervoerders in de taxibranche. De uitkomst bepaalt immers vaak de aanpassing van tarieven en contracten in de sector.
Het onderzoek, gepubliceerd in oktober 2025, laat zien dat 2025 werd afgesloten met een totale kostenstijging van 5 procent ten opzichte van het jaar ervoor. Daarmee lag de werkelijkheid iets boven de eerdere raming van 4,3 procent. De grootste aanjagers van die stijging waren de loonkosten, hogere verzekeringspremies en een forse toename van de rentelasten.
Voor 2026 wordt een gematigder groei verwacht, maar de kosten blijven oplopen. Vooral de loonkosten en de overgang naar duurzamer vervoer drukken op de marges van de ondernemers.
lonen bepalend
Volgens Panteia stijgen de loonkosten in 2026 gemiddeld met 4,1 procent. Dat komt door een loonsverhoging van 3,5 procent in de nieuwe cao, een extra vakantiedag en een vergoeding voor woon-werkverkeer. De verlaging van de sociale lasten met 0,3 procent biedt slechts beperkt tegenwicht. “De loonkosten blijven de grootste kostenpost voor taxibedrijven, goed voor meer dan 65 procent van de totale uitgaven,” stelt het rapport.
De cao voor de sector, die geldt van 1 januari 2026 tot en met 31 december 2027, is volgens het Sociaal Fonds Mobiliteit een belangrijke stap richting betere arbeidsvoorwaarden in een branche die kampt met personeelstekorten. De invoering van de woon-werkvergoeding en een extra vakantiedag moeten bijdragen aan het behoud van chauffeurs.
rente stijgt fors
Opmerkelijk is dat de energiekosten volgend jaar naar verwachting dalen met 4,8 procent. Dat komt deels door de verdere toename van het aantal elektrische taxi’s, dat inmiddels goed is voor 41 procent van het totale wagenpark. Het gebruik van CNG-voertuigen daalt juist verder. De prijs van elektriciteit stabiliseert, terwijl diesel iets goedkoper wordt.
De rentelasten stijgen echter flink, met maar liefst 20 procent. Dat heeft alles te maken met de ontwikkeling van de lange rente, die volgens het Centraal Planbureau hoog blijft. Voor veel ondernemers betekent dat hogere financieringskosten bij de aanschaf van nieuwe voertuigen, zeker nu de overstap naar zero-emissie-auto’s investeringen vergt.
De NEA-index 2026 zal voor veel vervoerders en gemeenten opnieuw de basis vormen voor de herziening van tarieven in contracten. De stijging van 4,1 procent lijkt gematigd, maar komt bovenop eerdere verhogingen. Voor veel taxibedrijven betekent dat een voortdurende zoektocht naar balans tussen duurzaamheid, betaalbaarheid en arbeidsvoorwaarden.
Verzekeringspremies nemen in 2026 naar verwachting met 6,6 procent toe. Stalling en overige vaste kosten bewegen met het algemene prijsniveau mee, rond de 2,3 procent. Onderhoud en reparatie stijgen met 4 procent, mede door hogere materiaalkosten en hogere lonen in de technische sector.
De elektrificatie van de sector zet stevig door. Uit onderzoek van Panteia blijkt dat het aandeel zero-emissievoertuigen in 2025 is gestegen van 28 naar 41 procent. Daarmee groeit het belang van elektriciteitsprijzen in de NEA-index. Het aandeel voertuigen op aardgas is verder teruggelopen tot 4 procent. Zero-emissievervoer is sinds enkele jaren structureel onderdeel van de berekeningen. De bijbehorende investerings- en energieontwikkelingen worden meegewogen in de index, die daardoor steeds beter aansluit op de realiteit van de moderne taxivloot.
kostenstructuur
De totale kostenstructuur binnen het taxivervoer verschuift langzaam. Waar brandstofkosten in belang afnemen, groeit het aandeel vaste lasten zoals rente, verzekering en loonkosten. De gemiddelde kostenverdeling voor 2026 bestaat uit 65,8 procent loonkosten, 8,9 procent afschrijving, 6,5 procent energiekosten, 5,6 procent algemene kosten en kleinere posten voor verzekering, onderhoud en stalling.
Volgens Panteia is bij de berekening van de index geen rekening gehouden met kostenstijgingen als gevolg van congestie. Dat betekent dat eventuele vertragingen of langere rijtijden, bijvoorbeeld door druk verkeer of wegwerkzaamheden, buiten beschouwing zijn gelaten.

