Pitane Image

Onder de Wmo vallen diverse voorzieningen, waaronder de verstrekking van hulpmiddelen zoals scootmobielen, maar ook ondersteuning bij vervoer.

Vlissingen, een stad die al negen jaar onder verscherpt financieel toezicht van het Rijk staat, heeft aanzienlijk gesneden in de budgetten voor de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Dit heeft directe gevolgen voor de kwetsbare inwoners, die afhankelijk zijn van financiële steun en zorg. Deze voorzieningen zijn essentieel voor het waarborgen van de mobiliteit en zelfredzaamheid van mensen met een fysieke beperking of andere gezondheidsproblemen. 

Het Centraal Planbureau (CPB) rapporteert dat in Vlissingen het percentage mensen met een laag inkomen op 5,7% ligt, het hoogste van heel Zeeland. De Wmo-gelden, bedoeld voor onder meer hulpmiddelen zoals scootmobielen en vervoersondersteuning, worden in Vlissingen dusdanig beperkt dat inwoners merkbaar achterblijven in vergelijking met omliggende gemeenten.

De verschillen in de zorg en ondersteuning die Nederlandse gemeenten bieden aan hun inwoners zijn behoorlijk, waarbij Vlissingen opvalt door de mate van bezuinigingen op essentiële voorzieningen. Dit werd recentelijk benadrukt tijdens een uitzending van het consumentenprogramma Kassa en een daaropvolgende bijeenkomst georganiseerd door de vakbond FNV.

noodklok

Tijdens een emotioneel beladen bijeenkomst van de FNV in Vlissingen, werd de noodklok geluid over deze situatie. Maureen van der Pligt, bestuurder FNV Uitkeringsgerechtigden, bekritiseerde de lokale overheid scherp: “Eén incident is domme pech. Maar zoveel incidenten samen vormen toch echt een patroon. Het is gewoon goed mis hier in Vlissingen. Je bent hier als minima simpelweg slechter af dan in de buurgemeenten, wat voor mensen die al in een kwetsbare positie verkeren onbegrijpelijk is.”

De genoemde kwesties, waaronder het niet beantwoorden van e-mails, het kwijtraken van dossiers, het frequent wisselen van casemanagers door ziekte, en een gebrek aan (op maat gesneden) zorg, wijzen op structurele problemen die de toegankelijkheid en effectiviteit van gemeentelijke diensten aantasten.

(Tekst loopt door onder de foto)
Foto: Vlissingen

Foto: Gemeente Vlissingen - De heer drs. A.R.B. (Bas) van den Tillaar is sinds 22 april 2016 burgemeester van de gemeente Vlissingen. De burgemeester is de voorzitter van de gemeenteraad en ook voorzitter van het college van burgemeester en wethouders.

De discussie rondom de verdeling van gemeentelijke gelden werd verder aangewakkerd door het verhaal van Jennifer, een inwoonster van Vlissingen die bij Kassa onder de aandacht kwam. Jennifer zocht thuis ondersteuning van de gemeente, maar kreeg in plaats daarvan het voorstel haar kind uit huis te plaatsen. Een voorbeeld dat volgens velen illustreert hoe de bezuinigingen mensen in kwetsbare situaties verder in het nauw drijven.

Van der Pligt benadrukt dat de gemeente Vlissingen een zorgplicht heeft en dat financiële middelen, zoals die voor renovaties aan een raadszaal, beter besteed kunnen worden aan de ondersteuning van kwetsbare inwoners. De boodschap is duidelijk: er moet een herverdeling van middelen plaatsvinden om te voorkomen dat de kloof tussen Vlissingen en haar buurgemeenten verder groeit.

Vlissingen

Iedereen lijkt naar elkaar te wijzen. De Vereniging van Nederlandse gemeenten (VNG) verklaart tegenover het programma Kassa: “We kunnen als VNG niet gelinkt worden aan de financiële problemen in Vlissingen. We hebben daar ook geen opvatting over.”

Het financieel beleid van de gemeente Vlissingen heeft in recente jaren aanzienlijke aandacht getrokken, niet alleen op lokaal niveau maar ook vanuit het provinciebestuur en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). De gemeente, die al enige tijd onder financieel toezicht staat, heeft te maken gehad met de uitdaging om haar begroting in evenwicht te brengen te midden van een noodzaak tot bezuinigingen.

(Tekst loopt door onder de foto)

De ene gemeente zorgt beter voor haar inwoners dan de andere. Vlissingen is daarvan een lichtend voorbeeld, liet Kassa onlangs zien.

In de periode van 2015 tot 2018 heeft Vlissingen al ingrijpende bezuinigingen doorgevoerd op diverse terreinen buiten het sociaal domein en daarnaast de Onroerendezaakbelasting (OZB) aanzienlijk verhoogd. Deze maatregelen reflecteren de ernst van de financiële situatie waarin de gemeente zich bevond. In respons op een verzoek van Vlissingen is in onderling overleg met de fondsbeheerders besloten om in de daaropvolgende periode, 2019-2022, de focus specifiek op het sociaal domein te leggen. Deze beslissing markeert een verschuiving in de aanpak van de financiële herstructurering, waarbij erkend wordt dat eerdere bezuinigingen en verhogingen elders al forse impact hebben gehad.

Desondanks benadrukt het ministerie van BZK dat, ondanks de begeleiding en het overleg, de uiteindelijke beslissingen over de gemeentelijke begroting en bezuinigingen bij de gemeente zelf liggen. Het ministerie stelt dat de inspecteur, ondanks de adviserende rol en de mogelijkheid tot dialoog, enkel suggesties kan aandragen en meedenken met de gemeente. Deze benadering onderstreept de autonomie van gemeenten in het beheren van hun financiën, maar ook de complexiteit en de uitdagingen die komen kijken bij het balanceren van de begroting, vooral binnen het sociaal domein.

wordpress
Gerelateerde artikelen:
STARTPAKKET