Zorgen over concurrentiekracht en infrastructuur domineren brief aan commissie.
Een brede coalitie van Europese bedrijven, actief in mobiliteit, leasing, verhuur en voertuigproductie, heeft in een gezamenlijke brief stevige kritiek geuit op een voorgenomen voorstel van de Europese Commissie om bedrijven te verplichten een vastgesteld aandeel zero-emissievoertuigen aan te schaffen. De brief is gericht aan Commissievoorzitter Ursula von der Leyen en mede geadresseerd aan meerdere uitvoerend vicevoorzitters en commissarissen. Volgens de ondertekenaars dreigt het plan een zware wissel te trekken op de concurrentiekracht van Europese ondernemingen en de toekomst van de auto-industrie.
De organisaties achter de brief vertegenwoordigen zowel de productie van voertuigen als het dagelijkse gebruik ervan binnen zakelijke wagenparken. Het gaat om bedrijven die voertuigen inzetten voor het vervoer van werknemers, goederen, diensten en apparatuur, verspreid over alle sectoren van de Europese economie. In de brief wordt benadrukt dat bedrijfswagens een onmisbare schakel vormen in het functioneren van Europa, op elk moment van de dag en in alle lidstaten.
Europese doelstellingen
Volgens de ondertekenaars nemen juist bedrijven momenteel het voortouw bij de overstap naar elektrisch rijden. De brief stelt letterlijk: “Today, companies are leading the switch to electric vehicles in Europe, more so than individual vehicle owners.” De betrokken organisaties geven aan zich aantoonbaar in te zetten voor schonere mobiliteit, binnen de grenzen van wat financieel en praktisch haalbaar is.
De kern van de zorgen richt zich op het verplicht stellen van de aanschaf van zero-emissievoertuigen via nationale of Europese doelstellingen. De brief waarschuwt dat zo’n verplichting, zeker wanneer deze wordt opgenomen in het automotive pakket dat in december wordt verwacht, “highly damaging” zal zijn voor bedrijven. Met name de totale kosten van eigendom van elektrische voertuigen en het gebrek aan geschikte laadinfrastructuur worden genoemd als belangrijke belemmeringen voor verdere versnelling.
De brief wordt ondersteund door een lange lijst van Europese en nationale organisaties, leasemaatschappijen, mobiliteitsaanbieders en autofabrikanten, waaronder ook grote namen uit de auto- en verhuursector. Daarmee onderstrepen de ondertekenaars dat het bezwaar breed wordt gedragen binnen het Europese mobiliteitslandschap.
Bedrijven wijzen erop dat de huidige infrastructuur in veel landen nog onvoldoende is toegerust op grootschalig zakelijk gebruik, zowel voor personenauto’s als lichte bedrijfswagens. Problemen met netcapaciteit, vergunningstrajecten en het aanleggen van voldoende stroomvoorzieningen op bedrijfslocaties maken grootschalige elektrificatie complex en kostbaar. De brief spreekt van “grid capacity and infrastructure permitting issues” die vooral bij grotere wagenparken zwaar wegen.
aankoopverplichting
De ondertekenaars waarschuwen dat een aankoopverplichting kan leiden tot financieel ontwrichtende situaties. Bedrijven zouden dan gedwongen worden oudere voertuigen langer in gebruik te houden of juist minder nieuwe voertuigen aan te schaffen. Dit zou resulteren in een daling van nieuwe voertuigregistraties en een verslechtering van de dienstverlening aan klanten, werknemers en essentiële logistieke processen. Volgens de brief raakt dit niet alleen wagenparkbeheerders, maar ook voertuigfabrikanten en toeleveranciers, juist in een periode die economisch al uitdagend is.
Als alternatief verwijzen de bedrijven naar Europese landen waar de adoptie van zero-emissievoertuigen het snelst verloopt. De brief stelt dat deze successen zijn bereikt door langdurige investeringen in stimuleringsmaatregelen en randvoorwaarden, niet door aankoopverplichtingen. “None of these countries have resorted to purchase mandates,” zo staat letterlijk in de brief. Ook wordt gewezen op het belang van een goed functionerende tweedehandsmarkt voor elektrische voertuigen om overaanbod te voorkomen en nieuwe vraag te stimuleren.
De oproep aan de Europese Commissie is duidelijk. De organisaties vragen om heroverweging van het voorstel en pleiten voor samenwerking met lidstaten en het bedrijfsleven om belemmeringen weg te nemen. Het uiteindelijke doel, zo schrijven zij, moet zijn “to secure the economic strength of the EU, the jobs associated with it and a sustainable path to affordable and fit-for-purpose corporate e-mobility.”

