Pitane Image

Niet alleen een stijging komt er aan, maar er breekt ook een nieuw tijdperk aan voor loonberekening in alle sectoren.

In 2024 zijn er enkele wijzigingen in de Nederlandse mobiliteitsvergoedingen en verkeersboetes. De onbelaste reiskostenvergoeding voor woon-werkverkeer stijgt van €0,21 naar €0,23 per kilometer. Deze verhoging is niet alleen relevant voor dagelijks woon-werkverkeer, maar strekt zich ook uit naar andere gebieden zoals bezoek aan zieken, reiskosten voor gehandicapten tijdens weekenden en vakanties, en de giftenaftrek voor vrijwilligers die afzien van reiskostenvergoeding.

Tegelijkertijd wordt de thuiswerkvergoeding verhoogd van €2,15 naar €2,35, een stap die de veranderende werkpatronen in een post-pandemische wereld weerspiegelt. Werkgevers kunnen echter zelf bepalen of zij deze verhoging doorvoeren.

Daarnaast is er een significante stijging in verkeersboetes aangekondigd, een maatregel die vermoedelijk bedoeld is om verkeersveiligheid te bevorderen. Boetes voor veelvoorkomende overtredingen zoals het vasthouden van een telefoon tijdens het rijden of onnodig links rijden worden aanzienlijk verhoogd, met respectievelijk €40 en €30.

In tegenstelling tot deze stijgingen blijven de kosten van benzine en openbaar vervoer in 2024 stabiel, dankzij overheidsmaatregelen. De belastingkorting op benzine wordt voortgezet tot 2025 en de eerder voorgestelde verhoging van de kosten van openbaar vervoer is door de Tweede Kamer tegengehouden.

Wellicht is het meest opmerkelijk punt de invoering van een uniform minimum uurloon ongeacht het aantal gewerkte uren per week, en een verhoging van het wettelijk minimumloon naar gemiddeld €13,27 voor werknemers van 21 jaar en ouder.

(Tekst loopt door onder de foto)

Deze wijziging is een belangrijke stap in de richting van meer transparantie en eerlijkheid in de loonstructuur, waarbij het eenvoudiger wordt voor werknemers om hun rechten te begrijpen en te waarborgen.

Vanaf 1 januari 2024 wordt in Nederland een belangrijke wijziging in de loonstructuur doorgevoerd met de invoering van het wettelijk minimumuurloon. Dit uurloon vervangt de tot dan toe gehanteerde minimum maand-, week-, en daglonen. Het nieuwe systeem is eenvoudig: voor alle werknemers van 21 jaar en ouder geldt een uniform minimumuurloon. Voor werknemers jonger dan 21 jaar zijn er specifieke minimumjeugdlonen, die eveneens per uur worden berekend en gebaseerd zijn op het wettelijk minimumuurloon.

Deze verandering heeft directe gevolgen voor de loonberekening. Het inkomen van werknemers die het minimumloon verdienen, hangt af van het aantal gewerkte uren. Hieronder vallen niet alleen de daadwerkelijk gewerkte uren, maar ook uren waarin men vakantie had of ziek was met loondoorbetaling. 

Een interessant aspect van deze regeling is de variabiliteit in arbeidsduur. Maandelijks kan het aantal werkuren variëren, afhankelijk van het aantal werkdagen in een maand. Voor werknemers met een vaste werkweek is het mogelijk om een vast maandloon overeen te komen, gebaseerd op een gemiddeld aantal werkuren per maand. Dit maandloon wordt berekend op basis van het totaal aantal werkuren in een jaar. Dergelijke afspraken worden vaak vastgelegd in collectieve arbeidsovereenkomsten (cao’s) of in individuele arbeidscontracten.

Gerelateerde artikelen:
CDTONLIN