In de afgelopen jaren is het aantal personenauto’s in Nederland sterk gegroeid. Zo sterk zelfs dat het aantal personenauto’s sneller groeit dan de bevolking van 18 jaar en ouder. Uit cijfers van het CBS blijkt dat vooral mannen tussen de 65 en 75 jaar het vaakst een auto bezitten, namelijk bijna 80%. Dat is opmerkelijk, zeker wanneer je dit vergelijkt met het autobezit onder vrouwen in dezelfde leeftijdscategorie. Bij vrouwen is het autobezit het hoogst onder de 45- tot 55-jarigen, maar de 80% wordt lang niet gehaald. Van de vrouwen in deze leeftijdscategorie heeft bijna de helft, 50%, één auto op haar naam staan. Over het algemeen genomen is in de afgelopen jaren het autobezit onder de 65-plussers het hardst gestegen in vergelijking met andere leeftijdscategorieën. Het autobezit onder jongeren tot 30 jaar is daarentegen in de afgelopen jaren juist iets gedaald in vergelijking met voorgaande jaren.
Minder jongeren met een auto
Onder jongeren tot 25 jaar is het autobezit onder jongens en meisjes nog het meest vergelijkbaar. Toch zijn de jongeren over het algemeen wel ondervertegenwoordigd. Zelfs mannen en vrouwen van 90 jaar of ouder bezitten vaker een auto dan jongeren tot 25 jaar. Mogelijke redenen voor het niet hebben van een auto onder jongeren en ouderen zijn dat niet iedereen (meer) in het bezit is van een rijbewijs, ze geen geld hebben voor een auto of voor zowel jongeren als ouderen kan het lastiger zijn om een auto te verzekeren.
Invloed leeftijd op autoverzekering
Verzekeraars hanteren een hogere premie of een maximumleeftijd voor het nieuw afsluiten van een autoverzekering uit risico-overweging. Volgens cijfers van het Centrum voor Verzekeringsstatistiek kunnen verzekeraars niet zonder meer stellen dat senioren een groter risico vormen. Het blijkt namelijk dat oudere automobilisten tussen 66 en 75 jaar niet meer schades claimen op de autoverzekering dan automobilisten tussen 28 en 65 jaar oud. Als het stellen van striktere voorwaarden voor senioren niet te onderbouwen is, kun je zeggen dat er sprake is van leeftijdsdiscriminatie. Ouderen zijn voor verzekeraars minder interessant, maar dat is nog geen reden om hogere premies te hanteren.
Hoe hoger het inkomen, hoe meer auto’s
Het autobezit onder particulieren is mede afhankelijk van het inkomen. Zo is in de tabel duidelijk te zien dat hoe hoger het inkomen is, hoe meer auto’s iemand bezit. Particulieren die in de hoogste inkomensklasse vallen, namelijk met een persoonlijk inkomen van 200 000 euro of meer, hebben dan ook de meeste auto’s. Dit is de leeftijdscategorie van 30 tot 65 jaar.
Meer ouderen met een auto
Het autobezit nam de afgelopen vijf jaar het sterkst toe bij 80-plussers. Zij hadden begin 2015 324 auto’s per duizend inwoners, begin 2020 zijn dat 375 auto’s. Het autobezit van jongeren tot 30 jaar ligt in 2020 met 283 auto’s per duizend inwoners iets lager dan begin 2015. Hoewel het autobezit in deze leeftijdsgroep in 2020 lager was, nam het aantal personen in deze leeftijdsgroep toe. Daardoor bleef het aandeel auto’s dat deze groep in bezit had nagenoeg gelijk. Zowel begin 2020 als begin 2015 was 10 procent van de particuliere personenauto’s eigendom van een 30-minner. 80-plussers hebben 9 procent van alle particuliere personenauto’s in bezit. Vijf jaar eerder was dit aandeel 7 procent. 30- tot 65-jarigen bezitten 65 procent van alle personenauto’s.
Lees ook: Bovag krijgt duidelijkheid van ministerie geen btw over bpm