Het indelen van capaciteit op het Nederlandse spoor wordt een steeds ingewikkeldere taak voor ProRail.
De jaarlijkse verdeling van deze capaciteit, die in augustus plaatsvindt en leidt tot de dienstregeling die in december van start gaat, wordt met het jaar uitdagender. Dit komt met name door de toename van grootschalige werkzaamheden aan het spoor en de groeiende vraag naar treinpaden, zowel van reizigers- als goederenvervoerders.
ProRail’s afdeling Capaciteitsmanagement staat voor de uitdaging om de capaciteit voor 2025 te verdelen over meer dan veertig verschillende vervoerders, waaronder nationale en internationale spelers. Deze complexe puzzel omvat niet alleen het toewijzen van treinpaden, maar ook het inplannen van noodzakelijke buitendienststellingen voor onderhoudswerkzaamheden aan het spoor. “De hoeveelheid grote werkzaamheden aan het spoor is sinds 2020 met dertig procent toegenomen,” zegt een woordvoerder van ProRail. “Voor 2025 moesten we veertien procent meer werk inplannen dan het jaar ervoor.”
Naast de toenemende werkzaamheden is er ook sprake van andere factoren die de puzzel bemoeilijken. Een van de uitdagingen in 2025 is het omgaan met tijdelijke snelheidsbeperkingen (TSB’s) op diverse trajecten, waaronder de Hogesnelheidslijn. Daarnaast zorgen de 80-weekse werkzaamheden aan de Duitse zijde van de Betuweroute voor omleidingen van goederentreinen via de Brabantroute, wat extra druk legt op het Nederlandse spoornetwerk.
ProRail staat voor de uitdaging om ondanks de toenemende complexiteit van het spoornetwerk een betrouwbare en efficiënte dienstregeling te garanderen. De capaciteitsverdeling voor 2025 is een cruciale stap in dat proces, met als doel om Nederland ook de komende jaren bereikbaar te houden via het spoor.
De marktwerking op het spoor neemt eveneens toe, wat leidt tot meer aanvragen voor zogenoemde open access-trajecten. Dit zijn trajecten waarop reizigersvervoerders zonder concessie kunnen opereren. Hierdoor kan het voorkomen dat er aanvragen binnenkomen voor trajecten waar al concessievervoer plaatsvindt. Voor 2025 zijn er aanvragen van zowel nieuwe als bestaande vervoerders. Een opvallende nieuwkomer is GoVolta, die vanaf mei 2025 van plan is om meerdere keren per dag internationale treinen te laten rijden. Ook NS International en Arriva hebben aanvragen ingediend voor open access-verbindingen. Opvallend is dat het aantal aanvragen voor goederenpaden in 2025 achterblijft in vergelijking met voorgaande jaren, wat vermoedelijk te maken heeft met de huidige economische omstandigheden.
Een ander belangrijk aspect waar ProRail dit jaar op heeft gefocust, is de betrouwbaarheid van de dienstregeling. De dienstregeling van 2024 bleek namelijk in de praktijk onvoldoende betrouwbaar, ondanks dat deze theoretisch wel klopte.
Een voorbeeld hiervan is het project PHS Rijswijk-Rotterdam, waarbij de geplande werkzaamheden niet volledig konden worden uitgevoerd door personeelstekorten bij aannemers en striktere Arbowetgeving. Dit leidde tot verlengde buitendienststellingen in de zomer en herfst, waardoor reizigers langer hinder ondervonden. Toch heeft dit als voordeel dat het project in november 2024 kan worden afgerond, waardoor er in de dienstregeling van 2025 meer treinen kunnen rijden op dit traject, met zes Sprinters en acht Intercity’s per uur.
ProRail functioneert als een onafhankelijke partij bij de verdeling van de beschikbare ruimte op het Nederlandse spoornetwerk, dat meer dan 7000 kilometer spoor en ruim 400 stations omvat. De uitdaging is om de ruimte efficiënt te verdelen, rekening houdend met de vele wensen van zowel reizigers- als goederenvervoerders. Jaarlijks dienen meer dan dertig vervoerders hun wensen in bij ProRail, waarna een intensief planproces volgt dat uiteindelijk leidt tot de capaciteitsverdeling in augustus.
Om deze complexe puzzel te helpen oplossen, maakt ProRail gebruik van een geavanceerd planningssysteem dat tot op zes seconden nauwkeurig kan plannen, een aanzienlijke verbetering ten opzichte van het oude systeem waarbij per minuut werd gepland. Dit stelt ProRail in staat om nog nauwkeuriger te plannen en ruimte te creëren op het drukke Nederlandse spoor. Daarnaast werkt ProRail aan een manier om de dienstregeling snel en veilig aan te passen wanneer dat nodig is. “Nu plannen we nog minimaal drie minuten ‘ruimte’ tussen twee treinen,” zegt Niels Bik van ProRail ICT. “We willen naar een systeem waarbij we uitgaan van de werkelijke bezetting van het spoor – rijdt er op dit stuk spoor een trein of niet?”