Al in februari van dit jaar liet Airbus zelf weten te zullen stoppen met de productie van nieuwe A380-vliegtuigen in 2021. Er zijn te weinig nieuwe bestellingen om een hele en dure productielijn open te houden. Het toestel zal op termijn dus sowieso uit het luchtvaartbeeld verdwijnen. Maar heel wat vliegtuigen hebben toch een levensduur van 20-30 jaar.
Singapore Airlines, uit Singapore, stuurde al twee exemplaren naar de schroothoop. Het was interessanter om de reserve-onderdelen te verkopen dan ze zelf in de lucht te houden. Het Duitse Lufthansa gaat zijn vloot de komende jaren ook verkleinen en nu gaat het Franse Air France al zijn A380-vliegtuigen, tien stuks in totaal, tegen 2022 met pensioen sturen.
Daarmee is de kans groot dat het grootste passagiersvliegtuig ter wereld sneller dan andere vliegtuigen definitief op het luchtvaartkerkhof zal belanden. Uiteindelijk zal enkel het Arabische Emirates, uit Dubai, nog tot midden jaren 2030 met de imposante dubbeldekker blijven vliegen.
Er zijn nieuwere, kleinere en zuinigere toestellen op de markt gekomen. En dat van zowel het Amerikaanse Boeing, denk maar aan de Boeing 787 Dreamliner, maar even goed van het Europese Airbus zelf, denk maar aan de Airbus A350 of de Airbus A330 NEO. Die toestellen zijn dus kleiner en dus makkelijker te vullen. Ze verbruiken al snel ook 20 procent minder brandstof per stoel dan de gulzigere (en al efficiënte) Airbus A380. Door die innovaties zijn ze interessanter voor luchtvaartmaatschappijen om geld mee te verdienen.