Eindhoven Airport heeft in 2024 nieuwe passagiersrecords gevestigd en staat voor een grootschalige uitbreiding om de groei te ondersteunen, met de bouw van een nieuwe terminal en bagagekelder die in 2027 afgerond moet zijn.
Eindhoven Airport en andere regionale luchthavens in Nederland spelen een cruciale rol in de luchtvaart en regionale economie. Eindhoven Airport, de drukste regionale luchthaven van het land, heeft de afgelopen maanden een reeks indrukwekkende mijlpalen bereikt. In augustus 2024 verwelkomde de luchthaven meer dan 674.000 passagiers, een absoluut record voor de luchthaven. In september werden naar verwachting zo’n 660.000 passagiers vervoerd, met een totaal van ongeveer 3.955 vliegbewegingen. Deze groei komt niet onverwachts, want in 2023 had de luchthaven al een piek van 6,8 miljoen passagiers bereikt, terwijl het aantal vliegbewegingen tot slechts vier onder het maximum van 41.500 bleef.
Deze groei brengt ook uitdagingen met zich mee. Eindhoven Airport is momenteel bezig met ambitieuze uitbreidingsplannen om de aanhoudende stijging van passagiersaantallen te kunnen opvangen. De luchthaven heeft aangekondigd dat tegen het einde van 2024 de bouw van een nieuwe terminal en een bagagekelder zal beginnen. Deze uitbreiding is broodnodig, aangezien de huidige faciliteiten oorspronkelijk ontworpen zijn voor een capaciteit van 5 miljoen passagiers per jaar, en deze limiet inmiddels fors is overschreden. De verwachting is dat de bouw in 2027 voltooid zal zijn, en de luchthaven streeft ernaar om de overlast voor passagiers en medewerkers tijdens de werkzaamheden tot een minimum te beperken.
Naast de fysieke uitbreiding zet Eindhoven Airport ook in op verduurzaming, een speerpunt in de toekomstplannen van de luchthaven. Een belangrijke stap hierin is het besluit om vanaf 2026 privévluchten te weren. Dit is een bewuste keuze om de CO2-uitstoot en geluidsoverlast te verminderen. Eindhoven Airport heeft ambitieuze doelen gesteld om tegen 2030 nog verder te gaan in de reductie van de milieu-impact. Dit past binnen de bredere trend van verduurzaming binnen de luchtvaartsector, waarbij steeds meer luchthavens en luchtvaartmaatschappijen naar emissievrije oplossingen streven.
De toekomst van de Nederlandse regionale luchthavens lijkt dus te worden gekenmerkt door een combinatie van groei, duurzaamheid en innovatie. Terwijl Eindhoven Airport zijn faciliteiten uitbreidt om de passagiersgroei op te vangen, werken luchthavens zoals Rotterdam en Maastricht aan baanbrekende duurzame initiatieven die de luchtvaart in Nederland naar een groenere toekomst moeten leiden.
Ondertussen blijven ook andere regionale luchthavens in Nederland zich ontwikkelen. Groningen Airport Eelde bijvoorbeeld, hoewel kleinschaliger, blijft een belangrijke regionale speler met vluchten naar populaire vakantiebestemmingen zoals Antalya, Gran Canaria en Heraklion. Deze vluchten worden voornamelijk uitgevoerd door chartermaatschappijen zoals Corendon en TUI, maar de luchthaven heeft ook nieuwe samenwerkingen met maatschappijen als Albastar en Loganair, die onder andere naar Palma de Mallorca en Norwich vliegen. Ondanks de beperkte omvang van de luchthaven is er hoop op verdere groei. Eelde blijft namelijk een essentieel alternatief voor reizigers in het noorden van het land die internationale bestemmingen willen bereiken zonder via Schiphol te hoeven reizen.
Ook Rotterdam The Hague Airport (RTHA) blijft een belangrijke speler, hoewel de luchthaven de laatste tijd onder druk staat door zowel regelgeving als milieuoverwegingen. Een van de opvallende recente veranderingen is de herinvoering van de norm voor vloeistoffen in handbagage. Sinds 1 september 2024 is het opnieuw verplicht om vloeistoffen van meer dan 100 milliliter in de ruimbagage te vervoeren. Deze maatregel volgt Europese regelgeving en is ondanks de eerdere versoepelingen door de introductie van CT-scanners nu weer van kracht. Dit besluit heeft echter niets te maken met een verhoogde dreiging.
In een andere opmerkelijke stap naar duurzaamheid, staat Rotterdam The Hague Airport op het punt om de eerste commercieel operationele waterstof-elektrische vlucht uit te voeren. Deze emissievrije vlucht, gepland tussen Londen en Rotterdam, is onderdeel van een samenwerking tussen ZeroAvia en de Royal Schiphol Group. Deze vlucht wordt gezien als een mijlpaal in de luchtvaart en is een belangrijke stap richting een groenere toekomst voor de sector.
De toekomst van RTHA staat echter ook ter discussie, nu de Provincie Zuid-Holland een onderzoek uitvoert naar de economische en sociale impact van de luchthaven. Hoewel er geen plannen zijn om de luchthaven te sluiten, wordt wel gekeken naar mogelijke alternatieve functies voor het terrein. Het debat over de toekomst van de luchthaven wordt gevoerd binnen een bredere context van milieubewustzijn en economische heroverweging.
Maastricht Aachen Airport heeft in 2024 eveneens enkele belangrijke stappen gezet op het gebied van verduurzaming. De luchthaven was betrokken bij het Electrifly-project, dat deze zomer internationale elektrische vluchten mogelijk maakte. Samen met luchthavens in Aken en Luik werden passagiers emissievrij vervoerd tussen Nederland, België en Duitsland. Meer dan 80 passagiers maakten gebruik van deze innovatieve dienst, en de betrokken partijen, waaronder ASL Group en NIO, zijn vastbesloten om het project verder uit te breiden. Dit project wordt gezien als een belangrijke stap in de verduurzaming van de luchtvaart.
Naast het verduurzamingsproject blijft Maastricht Aachen Airport zich ook profileren als een belangrijke vrachtluchthaven. Als de op één na grootste vrachtluchthaven van Nederland speelt de luchthaven een cruciale rol in het internationale vrachtvervoer. De recente vorming van een nieuwe Supervisory Board, met als prominent lid Peter Penseel, president van Delta Airlines Cargo, benadrukt de ambitie van de luchthaven om deze sector verder te laten groeien.