Pitane Image

De toeristenstromen die Brugge en Gent de afgelopen jaren overspoelen, worden door sommigen gevierd als bewijs van internationaal succes.

Maar achter de façade van bloeiende economieën en volle terrassen schuilt een verontrustende realiteit. De historische harten van deze Vlaamse steden kreunen onder de druk van massatoerisme, waarbij de bezoekers het erfgoed dat ze komen bewonderen tegelijk ook langzaam ondermijnen.

Dwalend door de smalle middeleeuwse straatjes van Brugge of over het Sint-Baafsplein in Gent, is het niet ongewoon om geconfronteerd te worden met groepen van meer dan zestig toeristen, vaak onder leiding van gidsen met versterkte microfoons. De rust verdwijnt, de doorgang wordt geblokkeerd en bewoners worden letterlijk aan de kant gedrukt. 

Volgens Mieke Thienpont van de Gentse Gidsen creëren deze situaties niet alleen hinder, maar vormen ze ook een reëel veiligheidsrisico. De Sint-Baafskathedraal, een van de belangrijkste trekpleisters van Gent, wordt regelmatig ingenomen door luidruchtige groepen die het betalende deel – waar onderhoud en restauratie van worden gefinancierd – simpelweg negeren.

verdienmodel

De oorzaak van dit fenomeen ligt niet alleen bij de bezoekers, maar ook bij het verdienmodel dat door sommigen als winstgevend wordt beschouwd. “Massa is kassa, maar de kwaliteit gaat teloor,” zegt Minou Esquenet, schepen in Brugge, die zelf getuige was van gidsen die onzin verkondigden aan hun publiek. En dat voor een prijs van 40 tot 50 euro per persoon, waarmee toeristen in één dag zowel Gent als Brugge ‘bezoeken’. Deze vorm van toerisme is niet gericht op beleving of cultuur, maar op consumptie in tijdsnood. Snel een foto, kort wat uitleg – vaak zonder diepgang – en dan weer door naar de volgende halte.

Lees ook  Circulatieplan werkt: trams en trappen winnen van taxi’s in historisch Gent
(Tekst loopt door onder de foto)
Foto: © Pitane Blue - boottocht

Simon Vandekerckhove, manager bij Legends Tours, benoemt het treffend: dit is toerisme in een snelkookpan. De gidsen, vaak zelf onder druk van hun touroperators, rennen van plek naar plek zonder oog voor het historische belang of de impact op de omgeving. Zelfs de gidsen zelf geven toe dat ze zich bewust zijn van de overlast, maar dat de tijdsdruk het hen onmogelijk maakt om anders te werken.

Toch is er ook hoop, vooral bij die organisaties die kiezen voor kleinere groepen, lokale gidsen en gebruik maken van oortjes in plaats van schallende luidsprekers. Michel Goeman van Gidsenkring Brugge merkt op dat jonge, goed opgeleide gidsen met enthousiasme en vakkennis hoge beoordelingen krijgen op Tripadvisor. Dit toont aan dat het publiek wel degelijk openstaat voor kwaliteit, mits het wordt aangeboden.

strengere regels

De steden beginnen zich te verzetten. Brugge neemt het voortouw met strengere regels: een beperking van de groepsgrootte tot twintig personen en een verplichte basisopleiding voor gidsen. Gent kijkt nauwlettend mee en wil vergelijkbare maatregelen invoeren. Schepen Sofie Bracke benadrukt de noodzaak van een afgestemde aanpak tussen de kunststeden, zodat toeristen weten waar ze aan toe zijn, ongeacht in welke stad ze zich bevinden.

Toeristen die komen om snel wat foto’s te nemen en weer vertrekken, dragen amper bij aan de lokale economie. Ze eten zelden ter plaatse, kopen weinig en bezoeken geen betalende musea of kerken. De bereikbaarheid van Vlaamse steden – ooit een troef – blijkt in dit verhaal een vloek. Want hoe makkelijker je een stad in een uurtje ‘doet’, hoe minder je er aan bijdraagt.

Lees ook  Gent gaat op z’n kop: De Lijn pakt uit met opvallend vervoer tijdens feestdagen

Het is tijd voor een fundamentele herziening van hoe toerisme in historische steden wordt georganiseerd. Lokale overheden moeten het lef hebben om niet alleen restricties op te leggen, maar ook te investeren in educatie en kwaliteit. Alleen zo kan toerisme evolueren van een economisch verdienmodel naar een duurzame vorm van culturele uitwisseling. 

Wie Brugge of Gent écht wil ervaren, moet bereid zijn te vertragen, te luisteren en te respecteren. Want erfgoed is geen decor, het is een levende geschiedenis die alleen blijft bestaan als we er samen zorg voor dragen.

Gerelateerde artikelen:
Blablabla