Vervoersbedrijven hebben de neiging om het slachtoffer te spelen.
De sector personenvervoer zit in zwaar weer. De oorzaak is de toenemende spanning op de arbeidsmarkt. Het aantal openstaande vacatures stijgt, terwijl het aantal werkzoekenden daalt, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De excuses die gebruikt worden om ouders van kinderen duidelijk te maken waarom hun kinderen al dagen op rij niet tijdig werden opgehaald om naar school te brengen en de situatie uit de hand loopt zijn verrassend.
De meest voor de hand liggende reden die nu wordt geroepen is een gebrek aan chauffeurs. De nieuwste in het rijtje de laatste weken, nu heel Nederland weer zijn vakantie achter zich heeft liggen, is drukte op de weg waardoor de chauffeur te laat is. Vooropgesteld dat de chauffeur in zeer weinig gevallen de schuldige is, is hij slechts de uitvoerende partij van vaak slechte planningen. Sommige vervoersbedrijven nemen door het personeelsgebrek ook mensen die minder geschikt zijn voor de functie in dienst.
Gevolg is dat reizigers onmiddellijk de dupe worden van slechte planningen en het foutief inschatten van de situatie of het afhandelen van vervoersproblemen. Problemen worden te vaak afgedaan als ‘de software die het verkeerd doet‘, of ‘een update die fout ging‘ of de ‘computer- of datacommunicatiesystemen die een storing vertonen‘. Met dergelijke excuses kom je bij de opdrachtgevers vaak makkelijk weg, maar niet bij de ouders van kinderen die niet naar school kunnen.
management
Zelden, zeg maar nooit, hoor je het geluid dat het management of stakeholders falen in het nemen van juiste beslissingen waar reizigers en werknemers bij gebaat zijn. Terwijl vervoersbedrijven steeds meer denken dat ze zelf een ICT-bedrijf moeten worden -schoenmaker hou je bij je leest- zien we de kwaliteit van het vervoer op alle fronten achteruit hollen en dat werknemers steeds meer onder de werkdruk bezwijken. Het begint bij het erkennen van je eigen fouten. En is het goedpraten van je fout niet gewoon een manier om te negeren wat je hebt gedaan?
In sommige grote steden zoals Rotterdam is een ware stoelendans aan de gang. Wanneer je bij veel te lage lonen een paar cent meer biedt aan een werknemer, stapt hij zo over. Dat is niet het probleem, of juist wel? Wellicht moet de sector dringend nadenken over een fatsoenlijk uurloon. Dan kan dit bijdragen aan het gevolg dat mensen die wel geschikt zijn voor de functie met passie hun vak uitvoeren. Alles valt en staat met loyaliteit van werknemers.
Wanneer er jaren op rij klachten binnenkomen over de tijdigheid van het vervoer of de samenstelling van de vervoersplanning bij het ophalen van leerlingen kan je dit nu niet meer klasseren onder de noemer ‘personeelsgebrek‘. Nee, dan gaat er structureel iets fout bij de verantwoordelijke voor de kwaliteit van de afdeling planning.
Het zou een misvatting zijn alle problemen hieronder te schuiven. Veel afdelingshoofden hebben weinig te vertellen en roeien met de riemen die ze hebben gekregen. Ook hier kan het management een bijdrage leveren om dat mandaat als ‘volwaardig’ te beschouwen.
boetes
Vervoersbedrijven geven uitvoering aan een aanbesteding die ze hebben gewonnen. Grote ondernemingen slepen -vaak ten koste van kleinere ondernemers- vervoerspercelen binnen. Dat gaat dan gepaard met op papier grote beloften die ze willen waarmaken. Het is nu aan de opdrachtgevers en vooral de politiek om de kwaliteit te eisen die vervoersbedrijven hebben beloofd.
Doet men dat niet, dan is er sprake van een oneerlijke situatie die is ontstaan ten opzichte van de bedrijven die de aanbesteding hebben verloren op basis van hun aangeboden kwaliteit. Kunnen de winnaars dat niet, dan bestaat nog altijd de mogelijkheid dat ze werk uitbesteden aan bedrijven die de kwaliteit wel kunnen leveren.
Vaak zijn de ‘winnaars‘ het soort bedrijven die vaak met boetes zwaaien naar hun vervoerders of ZZP’ers die voor hen werken. Voor sommige bedrijven is het een verdienmodel een taxichauffeur te beboeten wanneer hij te laat zijn dienst start of te vaak te laat bij de klant komt voorrijden. Dat in het laatste geval de vervoersplanning aan de basis lag, is dan niet relevant. Het zijn ook het soort bedrijven die ook hun eigen leveranciers met boetes om de oren slaan als daar iets fout gaat.
Boetes die binnen de aanbesteding werden vastgelegd moeten doorberekend worden zonder eerst een voordeel van de twijfel. Gaat de uitvoerende partij er niet mee akkoord kunnen ze protest indienen en met argumenten komen die het tegendeel bewijzen. Door de druk op te voeren kan dit enkel het bewaken door, en de kwaliteit van het personeel ten goede komen. Dat laatste kan gepaard gaan met een stevig uurloon naar vaardigheden.
boemerang
Dat veel vervoersbedrijven nu zonder chauffeurs zitten kent zijn oorsprong in een aantal redenen. Planningen en routes in het leerlingenvervoer worden te vaak ‘just-in-time’ gemaakt tijdens de vakantieperiode gemaakt. Komt daarbovenop de factor dat ook de gemeente net iets te laat -door vakantie van hun medewerkers- de laatste volledige namenlijsten van de kinderen doorgeeft en het leed is niet te overzien voor ouders en leerlingen. Slechts de laatste week voor de aanvang van het schooljaar weet elke vervoerder waar hij aan toe is wat betreft de inzet van het aantal busjes en chauffeurs.
Het maken van een slechte planning -door een te lage combinatiefactor- staat garant voor de inzet van extra voertuigen. Dat laatste betekent extra chauffeurs zoeken. Een slechte vervoersplanning kan worden veroorzaakt door verschillende factoren zoals de spreiding van de locaties en leerlingen of zelfs de aanvangstijdstippen van de verschillende locaties waardoor de busjes binnen dezelfde tijdsblokken overal tegelijk dienen aanwezig te zijn. Alles valt en staat met de creativiteit en kennis van de materie door de planner. Goede software die daarbij ondersteuning kan bieden.
Dit jaar, meer dan andere jaren, komt daarbij de factor ‘loyaliteit’ bij de vervoerders om te hoek kijken. Tijdens de coronaperiode werden veel onderaannemers en ZZP’ers massaal op non-actief geplaatst of stapten noodgedwongen uit de sector. Een deel van die chauffeurs kwam terug maar werden dan weer door ‘slimme’ vervoersbedrijven aangetrokken door een bonus of een iets hoger uurloon. De wijze waarop veel grote vervoersbedrijven zijn omgegaan met de chauffeurs tijdens de coronacrisis komt nu als een boemerang terug.
race-to-the-bottem
Dat de ‘race-to-the-bottem’ dat nu niet meer toelaat is te wijten aan de sector zelf. Het gevolg is nu dat marges werden gemarginaliseerd. In een poging zo veel mogelijk marktaandeel te verwerven werd de bodem opgezocht. Het resultaat is nu dat de sector personenvervoer in zwaar weer zit. Volgens KNV zijn hogere lonen niet de oplossing. Woordvoerder Hilbert Michel van de brancheorganisatie Koninklijk Nederlands Vervoer (KNV) erkent de problemen. “Er zijn gewoon te weinig mensen.”