Tram 1 die zich een weg door de Veldstraat baant: dit beeld zien we vanaf zaterdag vier jaar lang niet meer.
Gent ondergaat een ingrijpende verandering in haar openbaar vervoerssysteem, met name de tijdelijke opheffing van tramlijn 1 tussen het Sint-Pietersstation en de Korenmarkt. Deze maatregel, die ingaat vanaf 6 januari 2024 en voor een periode van minstens vier jaar zal duren, is noodzakelijk voor de vernieuwing van de tramsporen. Het belang van deze vernieuwing is cruciaal, gezien de huidige staat van de tramlijn die volgens de Gentse schepen van Mobiliteit, Filip Watteeuw, “tot de draad versleten” is.
De tijdelijke opheffing van tramlijn 1 roept gemengde gevoelens op bij de Gentse bevolking. Terwijl de noodzaak van de werkzaamheden algemeen erkend wordt, is er ook kritiek op de impact die dit zal hebben op het openbaar vervoer in de stad. Schepen Watteeuw erkent in een verklaring in De Standaard dat deze verandering een “aderlating voor het openbaar vervoer in Gent” is, maar benadrukt tegelijkertijd dat er geen andere keuze is.
In de eerste maanden van de werkzaamheden, tot aan de zomer, zal een pendelbus de dienst van tramlijn 1 overnemen. Deze bus zal stoppen bij de gebruikelijke haltes tussen het station en de Korenmarkt. Echter, na de zomer verdwijnt deze pendeldienst, wat extra uitdagingen met zich meebrengt voor de reizigers.
Weinig reizigers op lijn 1 lijken het te weten of te beseffen, maar het zijn de laatste ritjes op het drukste traject van Vlaanderen. De heraanleg duurt vier jaar, tot ver in 2028.
Deze ontwikkeling is onderdeel van een groter vervoerplan van De Lijn, waarbij de tramlijnen in Gent aanzienlijk worden aangepast. Het huidige aanbod van drie lange tramlijnen zal worden vervangen door vier kortere routes. Deze nieuwe lijnen, die gebruik maken van de bestaande sporen, zullen verschillende delen van de stad met elkaar verbinden: van Flanders Expo naar Gentbrugge, van Evergem naar Melle, van Zwijnaarde tot Moscou, en van het UZ naar het centrum.
Daarnaast worden in heel Vlaanderen, inclusief Gent, veel haltes geschrapt. Op bijna 50 plekken zullen gewone bussen niet meer stoppen. Als alternatief introduceert De Lijn zogenaamde flexbussen, waarbij reizigers een rit op voorhand moeten reserveren. Deze dienst is alleen beschikbaar als er geen andere vervoersalternatieven voorhanden zijn.
Dit uitgebreide plan van De Lijn brengt aanzienlijke wijzigingen met zich mee voor de dagelijkse reiziger in Gent. Het weerspiegelt de voortdurende evolutie en aanpassing van het openbaar vervoerssysteem in de stad, gericht op het verbeteren van de efficiëntie en duurzaamheid, maar ook de uitdagingen die gepaard gaan met dergelijke grootschalige projecten.
financiering
Ondertussen werd bekend dat De Lijn, de Vlaamse vervoersmaatschappij, extra middelen vraagt nu het voor een belangrijke financiële uitdaging staat. Met het oog op het vergroenen van hun vloot en het waarborgen van efficiënt openbaar vervoer, doet de maatschappij een aanzienlijk verzoek om extra financiering aan de volgende Vlaamse regering. Dit verzoek omvat een extra budget van 300 tot 370 miljoen euro per jaar.
Deze oproep komt op een moment waarop sommige reizigers het risico lopen in vervoersarmoede te belanden, een situatie waarbij toegang tot betaalbaar en betrouwbaar openbaar vervoer beperkt of afwezig is. Dit kan grote gevolgen hebben voor de mobiliteit en toegankelijkheid binnen Vlaanderen, vooral voor diegenen die afhankelijk zijn van het openbaar vervoer voor hun dagelijkse behoeften.
Ondanks deze dringende behoefte aan extra middelen, heeft Lydia Peeters, de Vlaamse minister van Mobiliteit van Open VLD, aangegeven dat extra financiering vóór 2027 onwaarschijnlijk is. De reden hiervoor is dat het budget al vastgelegd is in het Operationeel en Financieel Plan (ODC), een planningstool die gebruikt wordt voor het beheer en de allocatie van middelen binnen de overheid.