Pierre Steenberghen van GTL luidt de alarmbel voor de Belgische taxisector. De taxiondernemingen die wel nog actief zijn, worden in moeilijke werkomstandigheden en met verlies ingezet voor het vervoer van ziekenhuispersoneel, havenpersoneel, chauffeurs van het openbaar vervoer en terugkerende reizigers uit risicogebieden.
De werkgeversfederatie GTL vraagt aan de overheid om gepaste maatregelen te nemen. Zoals de hinderpremie voor de ondernemingen zonder activiteiten en specifieke financiële en materiële ondersteuning voor diegenen die wel actief blijven.
“Het water staat de sector aan de lippen. De activiteiten van de meeste taxiondernemingen zijn zo goed als stilgevallen. De omzet is in de afgelopen 2 weken gemiddeld met 95% gedaald.”, stelt Pierre Steenberghen, Secretaris-Generaal van GTL.
Dat is het gevolg van de verplichte stopzetting van economische activiteiten die de meeste ritten genereren: horeca, evenementen, reizen, etc. De economische werkloosheid helpt, maar de kleine zelfstandigen hebben er geen boodschap aan en er zijn te veel vaste kosten om niet in het rood te gaan.
Ook de taxiondernemingen die wel nog ritten uitvoeren hebben het moeilijk. Op hen wordt gerekend voor noodzakelijke vervoerdiensten, zoals het personeel van ziekenhuizen en openbare vervoersmaatschappijen van en naar huis brengen. Bovendien worden terugkerende reizigers aangemaand om met een taxi naar huis te rijden om hun familie niet in gevaar te brengen.
