De onderhandelingen tussen het Amsterdamse openbaarvervoerbedrijf GVB en de Vervoerregio Amsterdam hebben een nieuwe wending genomen.
Het GVB heeft een ‘herstelkans’ gekregen om haar bod op de concessie voor het openbaar vervoer in Amsterdam te verbeteren. Dit meldt de Vervoerregio Amsterdam, die optreedt namens de gemeente Amsterdam en omliggende gemeenten. Het gaat om het exclusieve recht om tussen 2025 en 2036 het openbaar vervoer in en rond de stad te verzorgen.
Volgens Het Parool zijn de onderhandelingen tussen het Amsterdamse vervoerbedrijf GVB en de Vervoerregio Amsterdam verder verhard. De Vervoerregio heeft het GVB verzocht om zijn eerdere bieding voor de concessie Amsterdam 2025, die afgelopen zomer werd ingediend, te herstellen. Het bod van het GVB werd als onvoldoende beoordeeld, en nu ligt de bal opnieuw bij het vervoersbedrijf.
onderhandelingen
Hoewel in 2017 al afspraken waren gemaakt om de concessie onderhands aan het GVB te gunnen, kwam die belofte in september 2024 op losse schroeven te staan. Het oorspronkelijke bod van het GVB, dat afgelopen zomer werd ingediend, werd beoordeeld als onvoldoende. De Vervoerregio stelt dat het bod niet voldeed aan de eisen van marktconformiteit. Deze eis is belangrijk omdat het GVB, als enige kandidaat, zonder concurrentie toegang krijgt tot een miljoenenopdracht.
Om de dienstverlening niet in gevaar te brengen, heeft de Vervoerregio besloten om de huidige concessie met maximaal twee jaar te verlengen. De verlenging vervalt zodra het nieuwe bod van het GVB wordt goedgekeurd en de concessie in werking treedt, mogelijk vanaf april 2025.
Melanie van der Horst, verkeerswethouder van Amsterdam en voorzitter van het dagelijks bestuur van de Vervoerregio, benadrukt dat er de afgelopen tijd intensief en constructief overleg heeft plaatsgevonden. “Onze intentie is om er samen uit te komen. Er is nog veel werk te verzetten, maar we hebben er vertrouwen in dat we begin volgend jaar een goede bieding kunnen ontvangen.”
De onzekerheid rond het behoud van de concessie zorgde voor onrust bij het GVB. Zowel de vakbond FNV als de Ondernemingsraad uitten forse kritiek. De FNV sprak van “onrecht” en waarschuwde voor mogelijke gevolgen voor de werknemers als het GVB de concessie zou mislopen. De voorzitter van de Ondernemingsraad beschuldigde de Vervoerregio van het voeren van een machtsstrijd. “De Vervoerregio wil dat er meer wordt gereden, terwijl het GVB kampt met dezelfde personeelstekorten als andere sectoren. Er moet meer realiteitszin komen van de concessieverlener,” stelde hij.
Ook in de Amsterdamse politiek zorgde de situatie voor ophef. Meerdere partijen uitten zorgen dat een commercieel bedrijf de concessie zou kunnen overnemen als het GVB niet voldoet aan de eisen. Deskundigen waarschuwen dat dit kan leiden tot een opsplitsing van het openbaar vervoer in de regio. In zo’n scenario zouden verschillende bedrijven verantwoordelijk worden voor bijvoorbeeld de metro’s, bussen, trams en pontveren.
marktconformiteit
De kern van de kritiek van de Vervoerregio ligt bij de marktconformiteit van het GVB. Dit houdt in dat het vervoerbedrijf tegen redelijke kosten moet presteren en voldoende kwaliteit moet leveren. Tegelijkertijd erkent de Vervoerregio de uitdagingen waar het GVB mee kampt, zoals personeelstekorten en financiële druk door stijgende kosten.
Het GVB heeft tot begin 2025 de tijd om haar bod aan te passen. Als het bod wordt goedgekeurd, behoudt het bedrijf het recht om het openbaar vervoer in Amsterdam te verzorgen. Het is voor het eerst dat de onderhandelingen over een verlenging van de concessie zo stroef verlopen.
De komende maanden worden cruciaal voor het GVB. Als de Vervoerregio het verbeterde bod accepteert, kan het bedrijf zich de komende tien jaar blijven focussen op het verbeteren van de dienstregeling en het inspelen op de groeiende vervoersvraag in de regio Amsterdam. Van der Horst benadrukt dat beide partijen er alles aan doen om tot een oplossing te komen, zodat reizigers en personeel niet de dupe worden van de onderhandelingen.