Op vragen van het lid Krol aan de Ministers van Financiën en Justitie en Veiligheid over leeftijdsdiscriminatie bij WA- en VC-autoverzekeringen reageert de Minister voorzichtig en eerder terughoudend. Voor onderscheid op grond van leeftijd kan sprake zijn van een objectieve rechtvaardigingsgrond.

Uit onderzoeksresultaten blijkt dat automobilisten van 70 jaar en ouder gemiddeld 22-38% minder schade maken dan iemand van 35 jaar, maar wel fiks meer premie betalen. Minister Hoekstra schrijft dat het moeilijk is om in algemene zin een oordeel te geven over de verschillen in premies of leeftijdsdiscriminatie. Verzekeraars hanteren eigen schadestatistieken en risicomodellen om hun premies op te baseren. 

Uit het overzicht van de Consumentenbond van toeslagen en leeftijdsgrenzen bij verschillende verzekeraars komt naar voren dat elke verzekeraar andere afwegingen maakt die niet in alle gevallen in het nadeel van ouderen zijn.

De Miniter schrijft verder dat het niet aan hem is om te beoordelen of er bij autoverzekeringen sprake is van ongerechtvaardigd onderscheid. Indien een consument een klacht heeft over een verzekering of verzekeraar, kan hij een klacht via de interne klachtenprocedure van de verzekeraar indienen. Ook kan de consument een klacht voorleggen aan de civiele rechter of het Klachtinstituut Financiële Dienstverlening (Kifid). 

Het College voor de rechten van de mens is niet bevoegd om over dit vraagstuk te oordelen omdat het buiten de reikwijdte van artikel 10, tweede lid, van de Wet op het College voor de rechten van de mens valt.

Lees ook: SP stelt kamervragen over de dure verzekeringen van taxi’s