Print Friendly, PDF & Email

Met een aantal maatregelen bereidt Rijkswaterstaat zich goed voor op de volgende winter(s). De zoutvoorraad wordt verhoogd tot ruim 250 miljoen kg. Rijkswaterstaat is hierdoor minder afhankelijk van ad hoc-contracten met leveranciers. Ook zijn de contracten met leveranciers aangescherpt als het gaat om levertijden en boetes, als zij zich niet houden aan de gemaakte afspraken. De dienst heeft aan het begin van de winterperiode ongeveer 250 miljoen kilo strooizout op voorraad.

We bestrijden wintergladheid door zout te strooien. Zout verlaagt het vriespunt met een aantal graden. Hierdoor wordt de weg minder snel glad en ontdooit bestaande sneeuw of ijzel. Vorige winter is in totaal ook 135 miljoen kilo strooizout verbruikt. Dat was meer dan in de jaren daarvoor door de hevige sneeuwbuien in februari van dit jaar. Toen reden de strooiwagens 72 uur achter elkaar door om wegen begaanbaar te maken. De winter van 2020-2021 staat op de derde plek van winters waarin het meest is gestrooid.

keukenzout

De eerste schepen met zout uit Duitsland zijn deze week aangekomen bij de centrale opslagloods van Rijkswaterstaat in Utrecht. De dienst vult de voorraad aan met in totaal 135 miljoen kilo zout. Strooizout is gewoon keukenzout (NaCl), maar wel minder zuiver. Soms zie je ook roze zout. In het verleden werd zout soms gekleurd om het te laten verschillen van consumptiezout. De meeste wegbeheerders vinden de kleur prettig, omdat daardoor het strooien beter zichtbaar is.

Wegenzout bevat een antiklontermiddel. Zout is hygroscopisch (trekt vocht aan) waardoor het gaat klonteren. Als het dan lang in de zoutloods ligt, is het zonder antiklontermiddel niet meer te gebruiken. Een antiklontermiddel is niet schadelijk voor het milieu. Er wordt geen gebruikgemaakt van het zoute zeewater. De zoutconcentratie in het zeewater is te laag, waardoor het nog steeds bevriest als het de weg raakt. Ook is het materieel dat we nu hebben daar niet geschikt voor. Rijkswaterstaat heeft geen sproeiwagens, maar alleen strooiwagens voor droog zout, aangelengd met zout water.

Het landelijk dekkend Gladheidmeldsysteem waarschuwt automatisch wanneer er kans op gladheid ontstaat. Vanuit die informatie besluiten we of we moeten strooien. Ook de weersverwachting en de hoeveelheid strooizout, dat mogelijk al op de weg ligt, wegen mee in die beslissing.

Rijkswaterstaat meet in het winterseizoen continue de temperatuur, de vochtigheid en het zoutgehalte van het wegdek. Als er kans is op gladheid gaan we preventief strooien. Gladheid ontstaat onder andere als door condensatie of neerslag de weg vochtig wordt, in combinatie met een wegdektemperatuur van onder de nul graden. Afhankelijk van de hoeveelheid strooizout die nog op de weg ligt, besluit Rijkswaterstaat om preventief te gaan strooien.

Lees ook: Schadelijke stoffen in strooizout levert probleem op

Rijkswaterstaat strooit op alle wegen die in het beheer zijn van Rijkswaterstaat.